-
1 santé
santé [sãtee]〈v.〉1 gezondheid ⇒ gezondheidstoestand, welzijn♦voorbeelden:1 bonne année, bonne santé! • gelukkig nieuwjaar in goede gezondheid!meilleure santé! • beterschap!avoir une petite santé • een zwakke gezondheid hebbensanté publique • volksgezondheidn'avoir pas de santé • een slechte gezondheid hebbenrecouvrer la santé • van een ziekte herstellenrespirer la santé • blaken van gezondheidà votre santé! • op uw gezondheid!, proost!comment vont ces petites santés? • en, gaat het een beetje?→ maisonf1) gezondheid2) toast, dronk -
2 respirer la santé
-
3 crever
crever [krəvee]1 barsten ⇒ opengaan, door-, losbreken, (open)springen3 doodgaan 〈 van plant, dier〉 ⇒ 〈 informeel〉 creperen 〈 van mens〉 ⇒ stikken 〈door hitte enz.〉 ⇒ sterven♦voorbeelden:faire crever du riz • rijst laten wellencrever d' ennui • zich doodvervelencrever de jalousie • stikjaloers zijncrever de santé • blaken van gezondheidII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 kapotmaken ⇒ (door)breken, openmaken, een gat maken in♦voorbeelden:crever un pneu • een band kapotsteken♦voorbeelden:v1) barsten, opengaan3) doodgaan, creperen6) afpeigeren -
4 respirer
respirer [respieree]1 (in)ademen ⇒ ademhalen, leven2 weer op adem komen ⇒ tot rust komen, uitblazen3 zich opgelucht voelen ⇒ herademen, weer adem kunnen halen♦voorbeelden:→ mentirII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 getuigen van ⇒ uitdrukken, uitstralen♦voorbeelden:v1) (in)ademen, leven2) uitblazen, weer op adem komen4) getuigen (van), uitstralen -
5 déborder
déborder [deebordee]1 overlopen ⇒ overvol zijn, overstromen♦voorbeelden:cet enfant déborde de vie et de santé • dat kind is zeer levendig en blaakt van gezondheidje suis débordé (de travail) • ik ben overstelpt met werk, ik heb het razend druk→ goutteII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uitsteken uit, buiten, boven♦voorbeelden:v1) overstromen2) uitsteken (boven, buiten)3) lostrekken, afhalen [dekens]4) omtrekken [leger] -
6 dégrader
dégrader [deegraadee]2 vernederen ⇒ onteren, verlagen3 beschadigen ⇒ vernielen, bederven♦voorbeelden:♦voorbeelden:1. v1) degraderen2) vernederen3) vernielen2. se dégraderv1) verzwakken, achteruitgaan -
7 rayonnant
-
8 cet enfant déborde de vie et de santé
cet enfant déborde de vie et de santéDictionnaire français-néerlandais > cet enfant déborde de vie et de santé
-
9 crever de santé
crever de santé -
10 rayonnant de santé
rayonnant de santé -
11 remplumer
remplumer [rãpluumee] -
12 porter
porter [portee]♦voorbeelden:porter sur le public • aanslaan bij het publiekII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 dragen ⇒ meevoeren, bij zich hebben, aan, op hebben, drachtig zijn2 brengen (naar) ⇒ (ver)voeren (naar), leggen (op), wenden (naar), drijven (tot)5 bevatten ⇒ hebben, vertonen, bezitten7 vermelden ⇒ doorgeven, inschrijven, noteren♦voorbeelden:porter le deuil • in de rouw zijnmes jambes ne me portent plus • ik kan niet meer op mijn benen staanporter le poids de • de last torsen vanelle porte bien cette toilette • dit toiletje staat haar heel goedporter qn. en triomphe • iemand in triomf op de schouders dragenporter à la poste • postenporter qc. à sa perfection • iets tot in de puntjes verzorgenporter devant le tribunal • voor het gerecht brengenporter en terre • ten grave dragenporter son regard sur • zijn blik laten gaan overporter la conversation sur • het gesprek brengen opporter ses efforts sur • zich helemaal inzetten voorporter son regard vers • zijn blik richten oplivre portant le titre • boek met als titelporter les traces, les marques de • sporen vertonen vanêtre porté à croire que • alle reden hebben om te geloven dattout porte à croire que • alles wijst erop datporter au compte profits et pertes • op de winst-en-verliesrekening boekenporter sur un registre • inschrijven, boeken2 het … maken 〈 gezondheid〉5 zich laten verleiden (tot) ⇒ gaan (tot), komen (tot), zover komen dat♦voorbeelden:3 se porter candidat à • zich kandidaat stellen voor, solliciteren naarse porter garant de • borg staan voorse porter en tête (de) • vooropgaan, vooraan gaan rijdenles regards se portent sur • de blikken richten zich oples soupçons se portent sur lui • de verdenking valt op hem5 se porter aux dernières extrémités • ontzettend kwaad, handtastelijk worden————————v1) steunen (op)6) dragen8) veroorzaken9) tonen10) vertonen, bezitten11) aanzetten (tot)12) vermelden, inschrijven -
13 jouer
jouer [zĵoe.ee]2 speculeren (op) ⇒ wedden (op), gokken (op)3 spelen ⇒ doen alsof, toneelspelen5 werken ⇒ in werking zijn, bewegen♦voorbeelden:jouer aux cartes • kaartspelenjouer avec sa santé • met zijn gezondheid spelenjouer sur un mot, sur les mots • een woordspeling makenc'était pour jouer • het was voor de grapjouer sur la bonté de qn. • op iemands goedheid speculerenjouer de malchance • pech hebbenjouer du bâton • de stok hanteren, met de stok slaanjouer du couteau • het mes hanterenjouer du piano • piano spelenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 spelen♦voorbeelden:jouer le désespoir • doen of men wanhopig isjouer les hôtes • als gastheer, gastvrouw optredenfaire jouer une pièce • een toneelstuk opvoerenjouer les victimes • het slachtoffer uithangenqu'est-ce qu'on joue au Rex? • welke film draait er in de Rex?jouer cent francs sur • honderd frank inzetten op♦voorbeelden:se jouer des difficultés • de moeilijkheden spelenderwijs overwinnence morceau se joue au piano • dit stuk is voor pianov1) spelen2) speculeren, gokken (op)3) toneelspelen, acteren4) bespelen, hanteren5) in werking zijn, bewegen7) inzetten [spel]8) bedriegen -
14 dissiper
dissiper [diesiepee]2 verkwisten ⇒ verspillen, bederven♦voorbeelden:1 verdwijnen ⇒ zich oplossen, vervluchtigen♦voorbeelden:se dissiper en fumée • in rook opgaan1. v1) verdrijven, verjagen3) verkwisten4) afleiden, van het werk houden2. se dissiperv1) verdwijnen -
15 tien
tien1 [tjẽ],tienne [tjen]I 〈m.〉♦voorbeelden:il faut y mettre du tien • je moet beter je best doenII 〈v., meervoud〉1 fratsen♦voorbeelden:1 tu as encore fait des tiennes! • je hebt weer van die dwaze streken uitgehaald!————————tien2 [tjẽ],tienne [tjen]————————tien3 [tjẽ],tienne [tjen]1 (het, de) jouwe♦voorbeelden:1 j'ai mes chagrins, tu as les tiens • ik heb mijn verdriet, jij hebt het jouwe〈 informeel〉 à la tienne(, Etienne)! • daar ga je dan!, op je gezondheid! -
16 ébranler
ébranler [eebrãlee]1 〈 ook figuurlijk〉 doen schudden op zijn grondvesten ⇒ doen wankelen, onzeker maken, aan het twijfelen brengen♦voorbeelden:1 ébranler qn. à force d'arguments • iemand met een veelheid van argumenten aan het twijfelen brengen1 in beweging komen ⇒ in beweging gebracht worden, zich in beweging zetten1. v1) doen schudden, doen wankelen2) ondermijnen [gezondheid]4) schokken2. s'ébranlerv -
17 inquiéter
inquiéter [ẽkjeetee]1 verontrusten ⇒ ongerust maken, zorgen baren♦voorbeelden:1 〈+ de〉 zich ongerust maken (over) ⇒ zich verontrusten (over), zich bekommeren (om), zich druk, zorgen maken (over)2 navragen♦voorbeelden:s'inquiéter au sujet de qc. • ergens over inzitten1. v1) verontrusten2) storen2. s'inquiéter (de)v2) navragen -
18 précaire
précaire [preeker]1 onzeker ⇒ precair, hachelijk♦voorbeelden:situation précaire • zorgelijke toestandadj1) onzeker, hachelijk2) precair, tot wederopzegging -
19 tuer
tuer [tuu.ee]1 doden ⇒ doodslaan, ombrengen, ter dood brengen2 slachten ⇒ doden, neerschieten3 kapotmaken ⇒ bederven, afstompen, doden4 afbeulen ⇒ afmatten, doodmoe, ziek maken♦voorbeelden:le cancer tue des milliers de personnes par an • jaarlijks sterven duizenden aan kankeril va se faire tuer • hij zoekt de dood op 〈 door waaghalzerij〉; hij breekt zijn nek nog eens, hij gaat zijn dood tegemoettuer à coups de pierre • stenigentuer qn. d' un coup de couteau • iemand neerstekentuer qn. d' un coup de fusil • iemand met een geweerschot dodenje suis tué • ik ben op, kapot♦voorbeelden:se tuer au, de travail • zich doodwerkenv1) doden2) slachten3) neerschieten4) afmatten
См. также в других словарях:
Matthias Steevens van Geuns — Matthias Stevens van Geuns Matthias Steevens van Geuns (auch: Matthijs van Geuns; * 2. September 1735 in Groningen, † 8. Dezember 1817 in Utrecht) war ein niederländischer Mediziner und Botaniker … Deutsch Wikipedia
Gualtherus van Doeveren — (auch: Wolther van Doeveren, Wouter van Doeveren; * 16. November 1730 in Philippine, † 31. Dezember 1783 in Leiden) war ein niederländischer Mediziner. Leben Der Sohn des flandrischen Deichinspekt … Deutsch Wikipedia
Peter van Breusegem — Peter Benedictus Rufinus van Breusegem, né à Asse (Belgique) le 15 mai 1956, publie en tant qu’écrivain et poète sous le pseudonyme de Dirk van Babylon. Sommaire 1 Vie 2 Œuvres littéraires 3 Liens … Wikipédia en Français
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen — Vorlage:Infobox Hochschule/Professoren fehlt Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Gründung 1994 Trägerschaft … Deutsch Wikipedia
Gesundheit — 1. An betj föör t Süünjhâid, sâd a Thiif, diar r hinget wees skul. (Amrum.) – Haupt, VIII, 360, 143; hochdeutsch bei Hoefer, 213. Ein bischen für die Gesundheit, sagte der Dieb, da er gehängt werden sollte. 2. Der Gesundheit winkt, wer dreimal… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Military awards and decorations of France — This is a list of the Military awards and decorations of France. Contents 1 National orders 2 Ministry orders 3 Other civilian distinctions 4 Military medals … Wikipedia
Christiaan Eijkman — Eijkman redirects here. For other uses, see Eijkman (disambiguation). Christiaan Eijkman Christiaan Eijkman Born … Wikipedia
Décorations militaires (France) — Sommaire 1 Ordres nationaux 2 Décorations militaires 3 Médailles commémmoratives 3.1 XIXe siècle … Wikipédia en Français
Haus — 1. Alte Häuser haben trübe Fenster. Dän.: Gammelt huus haver dumme vinduer. (Prov. dan., 315.) 2. Alte Häuser leiden mehr als neue. Wenn diese nicht schon zusammenfallen, ehe sie fertig gebaut sind. 3. Alte Häuser streicht man an, wenn man sie… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Ordres ministériels (France) — Les Ordres ministériels sont des décorations attribuées spécifiquement par un ministère. Aujourd hui, beaucoup ont disparu, remplacés par l Ordre national du Mérite. Ordres ministériels toujours décernés Ordre des Palmes académiques Ordre du… … Wikipédia en Français
Minimum legal ages in Belgium — The following legal minimum ages apply in Belgium: Legal age to drink beer and wine: 16 Legal age to drink spirits: 18 Legal age to buy tobacco products: 16 [1] Legal age to enter a dance without PG: 16 (rarely enforced) Legal age to fly an… … Wikipedia